Siliconen afdichtringen zijn over het algemeen betrouwbaar en duurzaam, maar zoals elk afdichtingsonderdeel kunnen ze onder bepaalde omstandigheden of als gevolg van specifieke factoren defect raken. De typische redenen voor het falen van de siliconenafdichtring zijn onder meer:
Fysieke schade: Fysieke schade aan de afdichtring, zoals snijwonden, scheuren, lekke banden of schaafwonden, kan de integriteit ervan aantasten en tot lekkage leiden. Deze schade kan optreden tijdens installatie, onderhoud of door contact met scherpe of schurende voorwerpen.
Overmatige compressie of te strak aandraaien: Het uitoefenen van overmatige drukkracht of het te strak aandraaien van bevestigingsmiddelen kan leiden tot vervorming of extrusie van de siliconen afdichtring. Hierdoor kan het zijn vorm en afdichtingsvermogen verliezen, wat tot lekkages kan leiden.
Onjuiste installatie: Onjuiste installatietechnieken, zoals een verkeerde uitlijning van pasvlakken of een onjuiste plaatsing van de afdichtring, kunnen resulteren in een onvolledige of ongelijkmatige afdichting. Onvoldoende aanhaalmomenten op bevestigingsmiddelen of een onjuiste plaatsing van de pakking kunnen ook bijdragen aan afdichtingsfouten.
Extreme temperaturen: Hoewel siliconen een goede temperatuurbestendigheid hebben, kunnen extreme temperatuurschommelingen de prestaties beïnvloeden. Snelle en herhaalde wisselingen tussen hoge en lage temperaturen kunnen ervoor zorgen dat de afdichtring zijn elasticiteit verliest, wat kan leiden tot defecten aan de afdichting.
Chemische blootstelling: Hoewel siliconen chemisch resistent zijn tegen veel stoffen, is het mogelijk niet compatibel met bepaalde agressieve chemicaliën, brandstoffen of oplosmiddelen. Blootstelling aan incompatibele chemicaliën kan ervoor zorgen dat de siliconen afdichtring verslechtert of opzwelt, waardoor het afdichtingsvermogen wordt aangetast.
UV- en weersblootstelling: Langdurige blootstelling aan ultraviolette (UV) straling en barre weersomstandigheden, zoals direct zonlicht, kunnen siliconenafdichtingsringen na verloop van tijd aantasten, waardoor ze minder effectief worden.
Ouderdom en afbraak: Zoals alle materialen kunnen siliconenafdichtringen met de jaren verslechteren, zelfs onder normale bedrijfsomstandigheden. Na verloop van tijd kan het materiaal zijn elasticiteit verliezen, broos worden of scheuren ontwikkelen, waardoor de afdichtingseffectiviteit afneemt.
Ontoereikende materiaalkeuze: Het kiezen van het verkeerde type siliconenrubber of een ongeschikte durometer (hardheid) voor een specifieke toepassing kan leiden tot defecten aan de afdichtingsring. Het is van cruciaal belang om het juiste materiaal te selecteren dat bestand is tegen de beoogde omgeving en omstandigheden.
Druk- en belastingsvariaties: Afdichtingsringen zijn vaak onderhevig aan drukvariaties. Als de afdichtring niet is ontworpen om het drukbereik of de belastingsvariaties die hij tegenkomt aan te kunnen, kan het zijn dat hij niet goed afdicht.
Trillingen en beweging: Bij toepassingen met frequente trillingen of bewegingen kan de afdichtring onderhevig zijn aan slijtage en vermoeidheid, wat na verloop van tijd tot verminderde afdichtingsprestaties leidt.
Kruipontspanning: Na verloop van tijd kan de afdichtingsring kruipontspanning ervaren, wat een langzame, permanente vervorming is onder constante belasting of compressie. Dit kan leiden tot verlies van afdichtingsdruk en uiteindelijk tot falen van de afdichting.
Onjuist onderhoud: Het verwaarlozen van regelmatig onderhoud, zoals het opnieuw aandraaien van bevestigingsmiddelen, kan in de loop van de tijd resulteren in een geleidelijk verlies van de effectiviteit van de afdichting.
Om defecten aan de siliconenafdichtring te voorkomen, is het essentieel om het juiste materiaal te kiezen, te zorgen voor een juiste installatie, de aanbevelingen van de fabrikant op te volgen en rekening te houden met de specifieke bedrijfsomstandigheden en omgeving waarin de afdichtring zal worden gebruikt. Regelmatige inspectie en onderhoud kunnen ook helpen bij het identificeren en aanpakken van potentiële problemen voordat deze tot storingen leiden.
